Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 3
GROTE VERANTWOORDELIJKHEID VAN ONZE UITGEVERIJEN
En voor een groot deel moet door onze uitgeverijen het werk gedaan worden van die andere engel, die van de hemel komt met grote macht en die de aarde met zijn heerlijkheid verlicht. USG3 143.4
Plechtig is de verantwoordelijkheid die op onze uitgeverijen rust. Zij, die aan het hoofd staan van deze instellingen, die de redactie van dé tijdschriften verzorgen en de boeken gereed maken, terwijl zij staan in hef licht van Gods bedoeling en geroepen zijn om de wereld te waarschuwen, worden door God verantwoordelijk gesteld voor de zielen van hun medemensen. Op hen, zowel als op de bedienaars des Woords, slaaf de boodschap door God aan Zijn profeet in het verleden gegeven: “Gij nu, o mensenkind! Ik heb u tot een wachter gesteld over het huis Israëls, zo zult gij het woord uit Mijn mond horen en hen van Mijnentwege waarschuwen. Als Ik tot de goddeloze zeg: O goddeloze! gij zult de dood sterven —, en gij spreekt niet om de goddeloze van zijn weg af te manen, die goddeloze zal in zijn ongerechtigheid sterven, maar zijn bloed zal Ik van uw hand eisen.” Ezechiël 33 : 7,8. USG3 143.5
Nooit is deze boodschap met groter kracht van toepassing geweest dan in deze tijd. Meer en meer acht de wereld de eisen Gods van nul en gener waarde. De mensen zijn driest geworden in hun overtredingen. De boosheid van de bewoners der wereld heeft bijna de mate hunner ongerechtigheid overschreden. Deze aarde is bijna zó ver gekomen dat God de vernieler zal toestaan zijn wil ten uitvoer te brengen. De vervanging van Gods wet door wetten der mensen, de verheffing, enkel op menselijke autoriteit, van de zondag in plaats van de Bijbelse Sabbat, is in het drama de laatste acte. Wanneer deze vervanging universele betekenis krijgt, zal God Zich openbaren. Hij zal Zich opmaken in Zijn heerlijkheid, om de aarde op haar grondvesten te doen schudden. Hij zal uit Zijn plaats uitgaan om de ongerechtigheid van de inwoners der aarde over hen te bezoeken, en de aarde zal haar bloed ontdekken, en zal haar doodgeslagenen niet langer bedekt houden. USG3 144.1
De grote strijd die Satan in de hemelse hoven deed ontstaan, zal spoedig, heel spoedig, voor eeuwig beslist zijn. Spoedig zullen al de bewoners der aarde hun standpunt hebben ingenomen, hetzij vóór of tegen het hemelse bestuur. Nu, als nooit te voren, oefent Satan zijn misleidende macht uit om elke niet-waakzame ziel te bedriegen en te vernietigen. Wij zijn geroepen om de mensen wakker te maken, opdat ze zich voorbereiden op de grote gebeurtenissen die te komen staan. Wij moeten hen die staan op de rand van de ondergang, waarschuwen. Gods volk moet zich tot het uiterste inspannen om de leugens van Satan te bestrijden en zijn sterkten neer te werpen. Voor elk menselijk wezen in de wijde wereld, die er acht op wil slaan, moeten we de beginselen duidelijk maken die in de grote strijd op hef spel staan — beginselen waarvan het eeuwige lof van de ziel afhangt. Aan de mensen van ver en nabij moeten we de vraag stellen: “Volgt u de grote afvallige in ongehoorzaamheid aan Gods wet, of volgt u de Zoon van God, Die verkondigde: ‘Ik heb de geboden Mijns Vaders bewaard’?” USG3 144.2
Dat is het werk dat voor ons ligt; daarvoor zijn onze uitgeverijen opgericht; dat is het werk dat God van hen verwacht. USG3 145.1